De krijgsraad heeft het proces tegen president Bouterse en de andere verdachten van de Decembermoorden opgeschort tot 5 augustus. De rechters besloten hiertoe nadat de auditeur militair had meegedeeld dat het OM de vervolging wilde staken. Er ontstond echter grote verwarring in de rechtszaal omdat de aanklager liet doorschemeren zijn strafeis wel te willen uitspreken als de krijgsraad dit wilde.
‘Als u zegt dat ik door moet gaan, dan heb ik een legitieme grond om mijn requisitoir te houden’, zei Elgin. Hij zei dat hij al vier jaar klaar staat om zijn strafeis uit te spreken. ‘Kijk het hier, het is 31 pagina’s’, aldus de aanklager.
De bereidheid van Elgin werd met grote instemming ontvangen door nabestaanden die in de rechtszaal aanwezig waren. Elgin zei dat hij een bevel van procureur-generaal had ontvangen om zijn requisitoir niet te houden. Hij hield de rechters voor dat hij zich wel moest houden aan dit bevel. Hij zei dat hij in principe wel door kon gaan, mits de krijgsraad daartoe toestemming gaf.
Na een schorsing en overleg met Baidjnath Panday, herhaalde Elgin dat hij formeel de vervolging moest staken en dat het proces daarom gestopt diende te worden. De rechters zijn niet gebonden aan het bevel van de regering om de berechting stop te zetten.
De krijgsraad trok zich hierna terug voor beraad. Na terugkomst zeiden de advocaten van de verdachten dat de vervolging direct gestaakt moest worden. Hierop schorste de krijgsraad de zitting opnieuw. Tijdens de eerste schorsing sprak Ferayed Hok met advocaat Hugo Essed.{mp3}essed30juni{/mp3}
Ferayed Hok geeft een samenvatting van het verloop van de zitting van de krijgsraad.{mp3}ferayed30juni{/mp3}