Suriname heeft van schuldeisers toestemming gekregen voor uitstel van betalingen op een lening van 125 miljoen Amerikaanse dollar. Suriname kon eind vorige maand niet aan een aflossingsverplichting voldoen, dus vroeg het de obligatiehouders om een aanpassing van de voorwaarden voor de schuldpapieren.

De regering moest op 30 juni 15,6 miljoen dollar aflossen op de lening en 8 miljoen dollar aan rente betalen, maar was daar toen niet toe in staat. Daarop had de regering tien dagen de tijd om tot een oplossing te komen met zijn schuldeisers. Obligatiehouders zijn er mee akkoord gegaan dat Suriname pas in december of juni 2021 begint met aflossen, afhankelijk van het begin van een programma van het Internationaal Monetair Fonds.

Suriname heeft het vereiste ¾ deel van de obligatiehouders bereid gevonden tot heronderhandeling. Echter moet wel de heronderhandelingsbetaling nog betaald worden.

De nieuwe regeringscoalitie die binnenkort aantreedt, erft van president Bouterse een land met grote economische problemen. Het missen van aflossingsverplichtingen noopte ratingbureau Fitch onlangs tot een verlaging van zijn kredietoordeel over Suriname van CCC naar C. Daarmee is Suriname volgens analisten op een haar na verwijderd van de status van wanbetaler.