De regering heeft wederom geld geleend bij de Centrale Bank van Suriname. Kort nadat Robert van Trikt benoemd werd tot governor van de moederbank, heeft de bank 670 miljoen SRD beschikbaar gesteld aan de staat. Dit gebeurde conform de bankwet in maart 2019.
Het getrokken bedrag moest de staat binnen 6 maanden terugbetaald hebben aan de Centrale Bank. Kort daarna werd het volgend bedrag van 648 miljoen SRD, ter beschikking gesteld aan de regering.
De voorschotten worden verschaft op basis van de begroting over dat jaar. Aangezien de begroting van 2019 verschilt met die van 2018, kan de regering ook minder opnemen bij de Centrale Bank.
Bij de eerste trekking in maart 2019, werden felle discussies gevoerd over monetaire financiering, vooral nadat financiënminister Gillmore Hoefdraad, een overeenkomst uit 2016, om monetaire financiering tegen te gaan, eenzijdig had ingetrokken.
Volgens Maikel Soekhnandan Directeur Bankbedrijf van de Centrale Bank, zal het bedrag van SRD 648 miljoen, ook binnen een termijn van 6 maanden terugbetaald moeten worden aan de moederbank.

{mp3}cbvs17sept2019{/mp3}