Het recent rapport over armoede en ongelijkheid in Suriname, schetst een gedetailleerd beeld van de sociaal-economische uitdagingen en kansen van het land. De studie belicht de impact van de COVID-19 pandemie, die leidde tot aanzienlijke inkomensverliezen en een toename van voedselonzekerheid onder huishoudens. Hoewel er signalen van economisch herstel zijn, zoals afnemende schuld en inflatie, blijft de situatie zorgwekkend. Het onderzoek werd ondersteund door de Anton de Kom Universiteit van Suriname, de IDB en de Wereldbank.
Belangrijkste bevindingen en cijfers:
- Armoedepercentage: In 2022 leefde 17,5% van de Surinaamse bevolking onder de armoedegrens.
- Regionale verschillen: Armoede is vooral hoog in het binnenland (51,6%) en onder bepaalde etnische groepen zoals de Marrons (53,3%) en inheemse bevolkingsgroepen (38,2%).
- Werkloosheid: De werkloosheid in 2021 was 12,5%, met een hogere werkloosheid onder jongeren (27,9%) en vrouwen (15,4%).
- Onderwijs: Ongeveer 20% van de jongeren in de leeftijd van 15-24 jaar was niet in opleiding, werk of training in 2021.
- Voedselonzekerheid: In 2020 rapporteerde 30% van de huishoudens voedselonzekerheid, een verdubbeling ten opzichte van pre-pandemische niveaus.
Het rapport wijst op de verwachtingen van offshore olie-exploitatie als een potentiële bron van economische groei, met investeringen die kunnen oplopen tot 9 miljard USD over tien jaar. Echter, het waarschuwt ook voor mogelijke negatieve effecten zoals “Dutch disease” en de noodzaak van goed bestuur en voorbereiding.
Enkele aanbevelingen:
- Investeringen in onderwijs: Verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs en de aansluiting op de arbeidsmarkt.
- Sociale bijstandsprogramma’s: Uitbreiden en versterken van programma’s om de meest kwetsbare bevolkingsgroepen te ondersteunen.
- Verantwoorde olie-inkomsten: Zorgdragen dat de verwachte olie-inkomsten bijdragen aan het verminderen van armoede en ongelijkheid door middel van transparant en verantwoord beleid.
De Vereniging Surinaams Bedrijfsleven (VSB) merkt op dat de Sustainable Development Goals (SDG’s) niet expliciet zijn opgenomen in de uitdrukking van de resultaten, hoewel de thema’s van het rapport zich uitstekend lenen voor een koppeling met de SDG’s. Bijvoorbeeld, het rapport kan worden gekoppeld aan SDG 8: Waardig werk en economische groei, door het bevorderen van inclusieve economische groei en werkgelegenheid. Het aanpakken van armoede en ongelijkheid kan direct verband houden met SDG 1: Geen armoede en SDG 10: Ongelijkheid verminderen. Onderwijs en menselijk kapitaal kunnen worden gekoppeld aan SDG 4: Kwaliteitsonderwijs, door het verzekeren van inclusief en gelijkwaardig onderwijs. Zo kunnen er directe relaties met SDG 2, 3, 5, 9 en 13. De VSB beveelt aan om op basis van dit document een verdere analyse te maken waarin de SDG’s worden geïntegreerd om een meer holistische en duurzame aanpak te ontwikkelen voor het verminderen van armoede en ongelijkheid in Suriname.