Wanneer de internationale olieprijs daalt, gaat die in Suriname juist omhoog. Dat komt door een verhoging van de governmenttake; het deel van de olieprijs bestemd voor de staatskas. Aangezien Staatsolie bij een daling van de internationale prijs ook minder inkomsten afdraagt aan de staat, wordt het verschil gezocht op de markt. Dat gebeurt volgens minister Stanley Raghoebarsing van Financiën en Planning echter op verantwoorde wijze.
Volgens hem is de governmenttake op brandstof bestemd voor de financiering van de staatshuishouding. De staat betaald daaruit de lonen van ambtenaren, maar ook kosten voor onderwijs en gezondheidszorg. ‘Het moet ergens vandaan komen’, zegt de bewindsman.
Hij wijst erop dat van de SRD 1800 koopkrachtversterking van de staat, een deel van SRD 450,- bedoeld is om eventuele prijsstijgingen van brandstof- en transportkosten te compenseren. Het is volgens de minister een goed doordacht systeem, dat inflatie heeft voorkomen en de brandstofprijs in de afgelopen periode heeft doen dalen.