Regering mest zichzelf vet met TWK, zegt Steven Debipersad
22 June 2020
Poging tot zelfmoord Antondragtenweg
23 June 2020

HENK FRASER DOORSTAAT CORONA HEL

Gepubliceerd door ABC Redactie op 23 June 2020

Henk Fraser Henk Fraser (53) werd geveld door corona, maar hield dat lang geheim. Want: hij wilde niet als ‘melaatse’ gezien worden. Nu is de trainer weer gezond en klaar om de strijd aan te gaan. Met het leven, met zijn club Sparta en in het racismedebat. ,,In plaats van begrip kweken ze ergernis.’’

De zomer heeft de lente nog maar net ingehaald, deze junimiddag, wanneer Henk Fraser op Het Kasteel alweer monter filosofeert over het komende voetbalseizoen. Alsof hij nauwelijks kan wachten, de trainer van Sparta. En zo oogt hij ook: strak, energiek, opgewekt. ,,Het gaat heel goed met me, ja”, bekent de man, die afgelopen seizoen goed op weg leek om zeldzaam hoog te eindigen met de club van Rotterdam-West. ,,Van mij mogen we wel weer beginnen.”

Drie maanden geleden was dat wel anders. Nooit voelde Fraser zich beroerder dan in de periode half maart-half april. Hij ziet zichzelf nog liggen in zijn bed. Koorts, druk op zijn borst, opspelende longen. De man die zich als verdediger van onder meer Feyenoord en het Nederlands elftal steevast weigerde over te geven, moest dat nu wel. Aan corona. ,,Een hel”, zegt hij nu. ,,Hoe zuinig ik ook ben op mijn lichaam, ik had echt niet de illusie dat corona mij niet zou kunnen treffen. Maar als je dan eenmaal geveld bent, is dat toch confronterend. De paar meter van mijn slaapkamer naar het toilet voelden als een wereldreis. Ik kon helemaal niks. Nul. Die corona hakt er ongelooflijk in.”

Het liefst had Fraser gezien dat niemand ervan wist, vertelt hij. Immers: ,,Je wordt toch als melaatse gezien en daar had ik helemaal geen zin in.” Maar sinds het nieuws van zijn ziekte op straat ligt, benut hij de gelegenheid om anderen op de risico’s te wijzen. Was je handen, houd afstand. Hij geeft het ook zijn spelers mee. Want, zegt hij: ,,Wij Nederlanders zijn een eigenwijs volkje, hè? We denken dat alles weer kan. ‘Wees voorzichtig’, zou ik tegen diegenen willen zeggen. Juist omdat ik weet wat een verschrikking corona is. En dan heb ik nog niet eens op de intensive care gelegen, dat moet nog heftiger zijn.”

 

Het is een tamelijk onwerkelijk beeld, de onverschrokken verdediger van weleer die thuis hulpeloos naar adem hapt. Toch was dat hoe Fraser erbij lag. Hij geeft het onomwonden toe: corona heeft hem kwetsbaar gemaakt. ,,Twee dagen heb ik echt in angst geleefd. Dacht ik bij mezelf: ‘Komt het nog wel goed? Sta ik ooit nog op dat trainingsveld van Sparta?’ Je voelt je heel klein. Weet je wat het gekke is? Meer nog dan om jezelf, maak je je op zo’n moment zorgen om je dierbaren. Mijn vader, mijn moeder, mijn kinderen, mijn kleinkinderen; ik bleef ze eindeloos bellen toen ik voelde dat het heel slecht met me ging. Zei ik dat ik van ze hield, drukte ze op het hart op te passen. Gewoon omdat ik niet wilde dat zij mee zouden maken, wat ik meemaakte.”Dan, grappend: ,,Ik heb dan wel een agressieve kop, maar ben heus niet zo’n slechterik hoor.”

Ruim twee maanden later en acht kilo lichter praat Fraser nu weer gepassioneerd over het hier en nu. Over Sparta, waarmee hij zo’n prachtig seizoen beleefde totdat de coronapandemie uitbrak. Over Abdou Harroui, de middenvelder die zich zo razendsnel ontwikkelde. Over die pure voetbalsfeer op Het Kasteel waar hij zo naar zegt te snakken.

Toch is de in Paramaribo geboren coach niet iemand die zich louter bezighoudt met een balletje binnen- of buitenkant paal. Als een van de weinige trainers durft hij zich echt maatschappijkritisch te uiten. Bijvoorbeeld over de toon van het huidige racismedebat, dat hij na zijn ziekbed nadrukkelijk volgde. ,,Weet je wat het is?”, zegt Fraser. ,,Discriminatie mag niet. Ik denk dat ieder normaal denkend mens zo redeneert. Alleen: je kunt ook te ver doorslaan. Ik zie mensen op televisie verschijnen die zich werkelijk overal gekwetst over voelen. Ze zijn slachtoffer van dit, van dat, van zus en zo. Ik kan niet tegen dat gejank. Tegen die extremelingen aan de andere kant van het racismedebat evenmin, trouwens. Juist ook omdat het averechts werkt, dat gebrek aan nuance. In plaats van begrip, kweken ze ergernis. Die kleine groep idioten verpest het voor de rest.

,,Begrijp me niet verkeerd, hè. Ook ik heb meegemaakt dat ik als tiener voor een nachttent stond en dat de portier me weigerde, terwijl mijn blanke rijgenoot wel binnenkwam. Maar denk je dat ik mijn trots op zo’n moment liet krenken door zulke zielige types? Je moet je nooit als slachtoffer willen gedragen. Ik probeerde altijd boven domheid te staan. Ik dacht altijd: ik kom er tóch wel in dit leven.

,,Misschien heb ik makkelijk praten, hoor. Ik kon aardig voetballen, heb nooit hoeven solliciteren voor een baan, en ik weet dus ook niet hoe het is om op basis van je kleur of achternaam afgewezen te worden. Wat voor mij wel vaststaat, is dat zo’n portier niet symbool staat voor Nederland: 95 procent van de mensen is geen racist.”

Met die conclusie wil Fraser het racismeprobleem allerminst bagatelliseren. Ook in het voetbal is het een thema, weet de coach. ,,Van de 91 Engelse profclubs hebben er slechts zes een trainer met een kleurtje. En in de eredivisie geldt dit, meen ik, alleen voor de trainer van Sparta. Dat zijn keiharde feiten. Er is dus heus nog genoeg werk aan de winkel.

,,Alleen: als we een einde willen maken aan discriminatie, moet er een einde komen aan álle vormen van discriminatie. Niet alleen die van zwarte mensen; ook bijvoorbeeld die van vrouwen die nog altijd minder verdienen dan mannen in dezelfde functie. Of van transgenders, of welke minderheid dan ook. Maak de discussie breder, zou ik daarom willen zeggen. Neem het niet alleen op voor de groep die jij vertegenwoordigt. Nee, doe dat voor iedereen die er onder te lijden heeft. Dán kom je tot een oplossing.”

Het is hem menens, de man die bij Sparta aan het hoofd staat van een ‘minimaatschappij’ zoals hij die graag ziet. Eentje waarin de zelfspot nooit ver weg is, ‘jankers’ het te horen krijgen, en Marokkanen, Turken en Antillianen vrolijk meezingen met de klanken van André Hazes. De Sparta-kleedkamer als ultieme metafoor voor de echte wereld, kortom.

Henk Fraser: ,,Ik hoop oprecht dat dit het moment is dat we met elkaar tot een samenleving komen waarin de tenen iets minder lang worden, schreeuwlelijkerds minder ruimte krijgen in de televisie-talkshows, en iedereen elkaar gewoon waardeert en respecteert. Dan kunnen we straks tenminste zeggen dat deze rotperiode toch iets moois heeft opgeleverd.”

Bron; AD Sport

 

Related posts