Onlangs is er een rapport “wie scoort, wie faalt” gepubliceerd door De organisatie Burger Initiatief (BINI), waarbij de partijprogramma’s van 9 politieke partijen zijn vergeleken. De conclusie: “het is er niet beter op geworden”, zegt Sharda Ganga directeur van Projecta en één van de initiatiefnemers van BINI. In het programma Suriname Kiest vertelde zij dat inhoudelijk de programma’s niet pakkend en krachtig genoeg zijn, maar dat laat de politieke partijen koud. Verder zegt ze dat je bij debatten kunt afleiden dat wat gezegd wordt, niet correspondeert met hetgeen op papier staat. Ze komen ermee weg omdat de kiezer ook geen rekenschap vraagt.

Door Claudiõ Draibas en Iwan Brave | Interview onderaan het artikel

BINI is een collectief van civil organisaties, maatschappelijke organisaties en burgers. Bij zo een vergelijking welke de 3de keer is gehouden, zijn er bepaalde punten die belangrijk zijn. Slechts vier politieke partijen hebben een gestructureerd plan ingeleverd, maar dat is nog geen garantie. Ganga geeft aan dat zo een partijprogramma geen dik boekwerk hoeft te zijn, maar simpelweg duidelijk. Ze merkt op dat het partijprogramma nooit prioriteit is geweest in Suriname. Wetenschappelijke bureau’s worden in de hand genomen om de plannen vorm te geven en de partij weet vaak niet eens wat er in zo een programma staat.

Een belangrijk aspect dat volgens BINI binnen de public sector hervormd moet worden, is het overheidsapparaat. Onder andere de personeelswet en het personeelsbeleid dat nu meer een friends and family beleid is. Er moeten vaste procedures komen waaraan alle ministeries zich aan committeren. Helaas genieten deze hervormingen ook geen prioriteit, concludeert Ganga.