Iker Casillas is niet langer kandidaat om bondsvoorzitter in Spanje te worden. De 39-jarige Real Madrid-icoon vindt het in deze barre coronatijden niet het moment om de strijd aan te gaan met zittend preses Luis Rubiales.
In februari had de doelman die afzwaaide bij FC Porto nog strijdbaar aangekondigd voor het bondspluche te willen gaan. ‘We zullen met het grootst mogelijke respect en vastberadenheid werken aan onze kandidatuur. Bedankt aan iedereen van wie ik liefde heb mogen ontvangen. Jullie steun en kracht moedigen me aan. Ik ga ervoor!’
Al snel bleken de fans een dergelijke gang van zaken te zien zitten, maar Spaanse media meldden afgelopen week al dat Casillas zich zou terugtrekken. Maandag bevestigt hij dat in een statement op Twitter. De doelman legt uit dat het momenteel niet de tijd is om tegenover elkaar te staan. Volgens hem vragen de moeilijke tijden in Spanje om eenheid.
Het terugtrekken van Casillas betekent dat de weg vrij is voor Rubiales, aangezien er geen andere uitdagers zijn. De huidige preses heeft al wel flink wat kritiek gehad. Zo was er sprake van twee hoofdpijndossiers, die hem flink werden aangerekend. Toenmalig bondscoach Julen Lopetegui werd in de zomer van 2018 aan de vooravond van het WK ontslagen omdat bekend werd dat hij na dat toernooi aan de slag zou gaan bij Real Madrid. Ook in de rel tussen bondscoach Luis Enrique, die zijn tijdelijke opvolger Robert Moreno tegen zijn zin weer afloste, speelde Rubiales allesbehalve een handige rol.
Casillas stelt zich wel beschikbaar voor advies waar nodig. Bovendien geeft hij aan zich in de toekomst mogelijk wel weer beschikbaar te stellen. Casillas beleefde recent nog turbulente tijden. Hij kreeg in mei 2019 een hartinfarct tijdens een training bij FC Porto. Sindsdien keepte hij geen officieel duel meer voor de club die hem in de zomer van 2015 overnam van Real Madrid en had hij het zwaar in de nasleep.