In navolging van Atlético Madrid en Barcelona liet ook Real Madrid punten liggen. Thuis tegen Valencia voorkwam De Koninklijke ternauwernood een nederlaag, maar met een punt schiet het eveneens weinig op: 2-2.

Real was gewaarschuwd voor Valencia. De Zuid-Spaanse club speelde weliswaar nergens meer om, maar was eerder dit seizoen ook al in Camp Nou te sterk voor Barcelona (2-3). Ook in Bernabéu was Valencia, dat vanwege zijn klassering in de middenmoot kan terugkijken op een zeer teleurstellend seizoen, verrassend sterk.

Na een gelijk opgaande eerste helft kwam Valencia vlak voor rust aan de leiding. Jeremy Mathieu kopte raak na een corner van Dani Parejo. De gelijkmaker van Sergio Ramos in de 59ste minuut (op aangeven van Cristiano Ronaldo) leek Real weer de geest te geven, maar zes minuten later lag de bal weer aan de overkant van het veld in het doel. Parejo rondde af na een vlijmscherpe counter.

Real had daarna nog ruim 25 minuten om de opgelopen schade te herstellen, maar was bij lange na niet zo scherp als een paar dagen geleden in de Champions League tegen Bayern München, toen er met 0-4 gewonnen werd. Een nederlaag wist De Koninklijke nog wel te voorkomen, door toedoen van een prachtige hakgoal van Ronaldo op aangeven van Angel Di Maria.

Dat doelpunt is echter een schrale troost voor Real, dat de achterstand op Atlético Madrid slechts voor een deel inloopt. Real heeft vijf punten minder dan Atlético, dat een wedstrijd meer speelde en nog op bezoek moet bij Barcelona.